U opent het venster vanuit de vensterbalk door te klikken op:
Als u de knop niet ziet, klikt u met de rechtermuisknop in een lege ruimte op de vensterbalk en selecteert u de gewenste functie.
Hetzelfde pictogram is beschikbaar op de werkbalk 3D, die verschijnt als u de aanwijzer op een geactiveerd 3D-object plaatst.
In het venster Modelstructuur kunt u de structuur van een 3D-object bekijken en ermee te werken. U ziet de hiƫrarchie van elementen (knooppunten, groepen, afzonderlijke objecten).
Klik met de rechtermuisknop op een onderdeel van de hiƫrarchie voor weergave- en exportopdrachten.
Klik boven in het navigatievenster Modelstructuur op de knop Opties om weergave-opties, kleurinstellingen en de rendermodus op te geven of de hele structuur te exporteren naar een XML-bestand.
XML-bestanden zijn ideaal voor de verspreiding van gegevens omdat ze op veel platforms kunnen worden gebruikt en u de weergave kunt opgeven via opmaakmodellen.