U kunt met de volgende elementen in PDF-documenten navigeren:
vensters die u via de verticale vensterbalk (links) opent
navigatieknoppen op de weergavebalk en het lint Beeld
Vensters die handig zijn voor navigatie
Open het venster Bladwijzers en klik op een bladwijzer om een hoofdstuk of sectie weer te geven. Klik op het plusteken om bladwijzers uit te vouwen en op het minteken om ze samen te vouwen.
Open het venster Pagina's en klik op een paginaminiatuur om een pagina weer te geven. Wijzig het formaat van het rode kader om specifieke delen van de pagina te bekijken.
Open het venster Bestemmingen en dubbelklik op een bestemming om naar de betreffende locatie in het document te gaan.
Tip
Gebruik het venster Bijlagen om een bestand weer te geven dat bij uw momenteel geopende document is gevoegd. Open het venster Bijlagen en klik op het bijgevoegde bestand.
Ga met de knop Vorige weergave (lint Beeld) terug naar het hoofddocument.
Koppelingen
U kunt met hyperlinks naar een andere locatie in het geopende document gaan.
Opmerking
Als u op een bladwijzer of koppeling klikt, wordt er mogelijk een actie uitgevoerd (bijvoorbeeld een bestandsbijlage of website geopend).
Er verschijnt een bevestigingsvraag wanneer u op iManage-koppelingen klikt. Selecteer in het dialoogvenster het selectievakje Dit bericht niet meer weergeven om te voorkomen dat de vraag de volgende keer weer verschijnt.
Navigatieknoppen op de weergavebalk
Bladeren door een document
Klik op de weergavebalk op de knoppen Eerste pagina, Vorige pagina, Volgende pagina of Laatste pagina.
Gebruik de knoppen Vorige weergave of Volgende weergave op de weergavebalk.
gebruik toetscombinaties (druk op Alt om deze te zien).
Naar een specifieke pagina gaan
Voer in het vak op de weergavebalk het gewenste paginanummer in en druk op Enter.