Pagina-inhoud bewerken
U kunt:
tekst of een afbeelding selecteren;
tekst of een afbeelding kopiëren en plakken;
illustraties invoegen;
Tekst selecteren
![]()
Klik boven in de vensterbalk op de knop Selecteren en selecteer een tekstblok. U kunt deze tekst desgewenst vervolgens kopiëren. Klik met de rechtermuisknop om een snelmenu weer te geven. Met de opdrachten in het snelmenu kunt u de tekst markeren, onderstrepen of doorhalen, plaatsen markeren waar u tekst wilt invoegen of vervangen, een koppeling of notitie invoegen, de tekst opslaan als bladwijzer of het eerste woord in de selectie zoeken.
Een afbeelding of gebied selecteren
![]()
- Selecteer Bewerken > Basis > Gebied.
- Teken een rechthoek rond een afbeelding of een gebied.
- Klik met de rechtermuisknop om een snelmenu te openen. De gebiedsopdrachten wijzigen de PDF-inhoud niet, maar markeren het gebied voor verdere verwerking, zoals OCR of conversie naar Office-indelingen.
Kopiëren
Stempel maken
Gebied converteren
Tekstzone definiëren: Markeert het gebied als tekstzone en stuurt het naar OCR.
Tabelzone definiëren: Markeert het gebied als tabelzone.
Afbeeldingszone definiëren: Markeert het gebied als een afbeeldingszone die niet wordt gebruikt voor het OCR-proces.
Negeerzone definiëren: Markeert het gebied om het te negeren, zodat het niet in de uitvoer wordt opgenomen.
Zone wissen: Verwijdert de geselecteerde zone.
Alle zones wissen: Verwijdert alle zones.
Koppeling maken
Afdrukken
Tekst of afbeelding kopiëren en plakken
Kies de optie Kopiëren (Bewerken > Klembord of in een snelmenu) als u de geselecteerde tekst of afbeelding wilt kopiëren.
Ga naar een geopend document in een ander programma (bijvoorbeeld een Office-programma) en kies Plakken om de selectie te plakken.
Opmerkingen
De opdrachten Knippen, Kopiëren en Plakken zijn niet beschikbaar als het PDF-document tegen kopiëren is beveiligd met een wachtwoord.
U kunt gekopieerde tekst ook in opmerkingen of op de aanwijzer van de functie Typemachine plakken.
Er wordt een vervangend lettertype gebruikt als de tekst die u vanuit een PDF-document kopieert, lettertypen bevat die niet beschikbaar zijn op de ontvangende computer.
Illustraties invoegen
Via het venster Illustraties kunt u illustraties invoegen, een andere naam geven of verwijderen. U kunt zowel bestaande als zelfgemaakte illustraties invoegen. Illustraties zijn ingedeeld in categorieën.
Voor het maken van aangepaste illustraties worden de belangrijkste afbeeldingsindelingen, waaronder JPG, BMP en GIF, ondersteund.
Een afbeeldingsbestand toevoegen
![]()
Selecteer Bewerken > Wijzigen > Object bewerken.
Klik met de rechtermuisknop op het document en kies Afbeelding plaatsen.
Selecteer een bestandstype (JPG, BMP, GIF of een andere) en vervolgens een afbeelding en klik op OK.
De afbeelding wordt midden op de pagina geplaatst. Gebruik dezelfde functie om de afbeelding te verplaatsen.
U kunt de afbeelding ook kopiëren of opslaan of er een transparantie-effect op toepassen.
Objecten bewerken met de functie Object bewerken
Met de functie Object bewerken kunt u ook wijzigingen aanbrengen in afbeeldingen en andere objecten. Klik op het pictogram boven de aanwijzer om een zwevende werkbalk weer te geven.
Selecteer een object met deze functie.
Sleep de pijlaanwijzer
om een object naar een nieuwe positie te verplaatsen.Sleep de formaatgrepen (rode cirkels) om de grootte van een object te wijzigen.
Sleep de rotatieaanwijzer
om een object te draaien. De rotatieaanwijzer verschijnt als u op de rode cirkel boven het object klikt. Sleep de aanwijzer in de gewenste richting. Terwijl u sleept, verandert de aanwijzer weer van vorm. U kunt een object ook draaien met een opdracht uit het snelmenu.
Selecteer meerdere objecten en gebruik het snelmenu om:
objecten te groeperen of de groepering van objecten op te heffen;
de objectvolgorde te wijzigen met de opdrachten Naar voorgrond of Naar achtergrond.
Tekst bewerken met de functie Object bewerken
![]()
Klik op een tekstblok in een doorzoekbare PDF. Als u tekst in een PDF-beeldbestand wilt wijzigen, moet u het bestand eerst doorzoekbaar maken (via Home > Converteren).
Klik op het pictogram boven de aanwijzer om een zwevende werkbalk weer te geven. Deze functie is alleen bedoeld om de laatste, kleine wijzigingen aan te brengen op PDF-pagina's. Gebruik de modus Geavanceerde bewerking als u meer wilt wijzigen of ga terug naar het brondocument, wijzig dit en converteer het opnieuw naar PDF.
Tekst toevoegen met de functie Typemachine
![]()
Gebruik de functie Typemachine (Bewerken > Wijzigen) om op elke gewenste plaats op een PDF-pagina tekst toe te voegen. Met de functie Typemachine voegt u tekst direct in bij de cursorpositie. Bij het opslaan van de PDF veranderen de ingevoerde teksten in objecten die u kunt selecteren. Dit in tegenstelling tot teksten die zijn ingevoerd als annotatie, bijvoorbeeld met de functie Tekstvak. U kunt een spellingcontrole uitvoeren op de ingevoerde tekst, voordat u de PDF opslaat.
Zie Tekstvak voor meer informatie over de verschillen tussen typemachinetekst en tekst in tekstvakken.