Dynamische stempel maken
Dynamische stempels kunnen een tijdstempel, volgnummer, bewijsstuknummer of datum en tijd bevatten. Raadpleeg voor het opslaan en distribueren van dynamische sjablonen in een bedrijfsomgeving Dynamische stempelsjabloon maken.
-
Klik in het venster Stempels op Maken(
), selecteer vervolgens in de vervolgkeuzelijst de optie Aangepaste dynamische stempel maken.
Het dialoogvenster Dynamische stempel verschijnt.
-
Selecteer in de lijst Stempelsjabloon een sjabloon om mee te beginnen.
Sjablonen bevatten verschillende dynamische velden, zoals datum en tijd, volgnummers en bewijsstuknummers. Dynamische velden worden bijgewerkt wanneer de stempel op de pagina wordt toegepast. Dit omvat handmatig stempelen of het uitvoeren van de opdracht Stempel in Reeks.
Het voorbeeld verschijnt aan de rechterkant.
-
Selecteer in de lijst Grootte een percentage om de grootte van de stempel in te stellen.
-
Selecteer in de lijst Kleur een kleur voor de rand van de stempel.
-
Selecteer in de lijst Groep onder Naam de groep waar de stempel in het venster Stempels moet verschijnen.
-
Voer in het tekstvak Stempel onder Naam een naam in voor de stempel.
-
Selecteer onder Achtergrond een van de volgende opties:
-
Selecteer Kleur en kies vervolgens een effen achtergrondkleur voor de stempel.
-
Selecteer Afbeelding, klik vervolgens op Bladeren en selecteer de afbeelding die u als stempelachtergrond wilt gebruiken. Selecteer aan de rechterkant hoe u de afbeelding over het gebied wilt verdelen:
-
Centreren (standaard): Hiermee plaatst u de afbeelding in het midden, in de oorspronkelijke grootte.
-
Aanpassen aan gebied: Hiermee wordt de afbeeldingsgrootte aan het achtergrondgebied aangepast, waarbij de beeldverhouding hetzelfde blijft.
-
Rekken: Hiermee wordt de afbeelding opgerekt op grond van het achtergrondgebied, waarbij de beeldverhouding indien nodig wordt gewijzigd.
-
-
-
Geef onder Tekst de tekstinhoud en het uiterlijk van de stempel op (zoals initialen of afkortingen). Het aantal beschikbare tekstvelden is afhankelijk van de geselecteerde sjabloon. Geef per tekstveld het volgende op:
-
Voer in het tekstvak de tekst in die u wilt weergeven. In de tekst kunt u de macro's %DATE% en %TIME% gebruiken, die wanneer de stempel geplaatst wordt vervangen worden.
Opmerking
Gebruik de lijsten Datumnotatie en Tijdnotatie om de stijl voor de macro's %DATE% en %TIME% in te stellen.
-
Selecteer in de lijst Lettertype een lettertypenaam.
-
Selecteer in de lijst Tekengrootte de tekstgrootte in punten.
-
Selecteer in de lijst Kleur de tekstkleur.
-
-
Geef onder Bewijsstuknummer de instellingen voor de nummers of letters van het bewijsstuk in. Dit onderdeel is alleen actief voor compatibele sjablonen.
-
Voer in het vak Voorvoegsel een constante tekst in waarmee de bewijsstukstempel geopend wordt.
-
Selecteer een van de volgende opties:
-
Selecteer voor volgnummers voor het bewijststuk Nummer (standaard) en geef vervolgens de openingswaarde in het vak Begincijfer op.
-
Selecteer voor volgletters voor het bewijststuk Letter , geef vervolgens het openingsteken op in het vak Beginletter:
Selecteer optioneel hoe u de tekens wilt combineren voor markering met meerdere tekens in het vak Systeem.
Opmerking
Als u Power PDF opnieuw start, worden de volgnummers en -letters teruggezet naar de beginwaarde.
-
-
Stel de naam, grootte en kleur van het lettertype volgens bovenstaande aanwijzingen in.
-
Selecteer eventueel Vraag nummer of letter bewijsstuk bij stempelen om de gebruiker de startwaarde te laten opgeven bij het plaatsen van de stempel.
-
-
Klik op OK om de aangepaste dynamische stempel op te slaan in het venster Stempel, onder de groeps- en stempelnamen die u hebt opgegeven.