Toetsenbordgids

In dit overzicht voor Power PDF wordt uitgelegd hoe u sneltoetsen gebruikt. Dit zijn toetscombinaties waarmee u snel een functie uitvoert. U ziet een lijst met de sneltoetsen gerangschikt op functiegebieden en vervolgens gerangschikt op toetsaanslagen.

U kunt de functies van het programma selecteren via sneltoetsen en toetscombinaties. Druk op <F6> om cyclisch tussen de gebieden te schakelen. Druk op <Alt> om de sneltoetsletters te zien van de lintelementen, de vensterbalk, de weergavebalk, de zoekbalk en de werkbalk Snelle toegang. Zodra u deze ziet, drukt u op de letter(combinatie) van de gewenste functie. U kunt ook de pijltoetsen gebruiken om op het lint of van het ene lint naar het andere lint te navigeren. Druk hiervoor op <Alt>, zodat het linttabblad actief wordt. Vervolgens kunt u met Pijl-links of Pijl-rechts naar het vorige of het volgende lint gaan. Met de toets <Pijl-omlaag> kunt u naar de verschillende knoppen op het huidige lint gaan.

Als u een linttabblad kiest met een sneltoetscombinatie (bijvoorbeeld <Alt> plus <H> voor Home – zoals u hierboven ziet), kunt u vervolgens alle knoppen op het lint selecteren via andere toetsen of toetscombinaties. Deze vindt u in onderstaand overzicht. U kunt hier ook met de pijltoetsen naar de werkbalk Snelle toegang gaan. Gebruik de pijltoetsen of <Tab> om op een werkbalk te navigeren.

Als u op <Esc>drukt, keert u weer terug naar navigatie tussen de linttabbladen.

Het menu Bestand werkt op dezelfde manier als het lint. Druk op <Alt> en vervolgens op <F>. Ga met de sneltoetsen of pijltoetsen naar een van de opties onder Nieuw (als er geen geopende documenten zijn) of onder Info (als er wel een document open is). Als u naar het hoofdmenu onder Bestand (Nieuw, Openen, Opslaan, enzovoort) wilt gaan, gebruikt u de sneltoetsen of drukt u herhaaldelijk op <Alt>: eerst om de sneltoetsen te verbergen en vervolgens om ze opnieuw weer te geven. Daarmee wordt het hoofdmenu actief. Vervolgens kunt u met de pijltoetsen in dit gebied navigeren.

Schakel met <F6> tussen de volgende vensters (werkt alleen met zichtbare vensters):

• Lintbalk (druk op <Ctrl> + <F1> om deze weer te geven/te verbergen)

• Vensterbalk

• Weergavebalk

• Zoekbalk

• Documentweergave.

Als u blijft schakelen, komt u na Documentweergave weer bij de lintbalk.

Navigeren op de vensterbalk

U kunt met het toetsenbord, dus zonder muis of ander aanwijsapparaat, de vensterbalk (links) gebruiken.

U navigeert als volgt via het toetsenbord.

• Druk op <F6> of <Alt> plus de juiste sneltoets om tussen het lintgebied, de vensterbalk, de weergavebalk en de werkbalk Snelle toegang te schakelen. Het actieve pictogram of lijstitem wordt met een grijze achtergrond of een gekleurde rand weergegeven. Ga naar de vensterbalk.

• Druk op <Tab> om naar de verschillende knoppen op de vensterbalk te gaan als er geen venster open is. Druk op <Enter> om een venster te openen of te sluiten als de bijbehorende vensterknop actief is.

• Als een venster van de vensterbalk wordt geopend, wordt het hoofdgebied actief. Gebruik de pijltoetsen om in het venster te navigeren.

• Druk op <Tab> om naar de werkbalk boven in het venster te gaan. De eerste knop op de werkbalk wordt actief. Druk opnieuw op <Tab> om naar de volgende knop op de werkbalk te gaan.

• Als u bij de laatste knop op de werkbalk opnieuw op <Tab> drukt, gaat u terug naar de knoppen op de vensterbalk rechts. Druk opnieuw op <Tab> om naar het hoofdgebied van het venster te gaan.

• Druk op <Enter> om het pictogram of lijstitem dat op dat moment geselecteerd is, te activeren.

Navigeren op de weergavebalk

U kunt met het toetsenbord, dus zonder muis of ander aanwijsapparaat, de weergavebalk onder in het scherm gebruiken.

U navigeert als volgt via het toetsenbord.

• Druk op <F6> of op <Alt> plus de juiste sneltoets om tussen het lintgebied, de vensterbalk, de weergavebalk en de werkbalk Snelle toegang te schakelen. Het actieve pictogram of lijstitem wordt met een grijze achtergrond of een gekleurde rand weergegeven. Ga naar de weergavebalk.

• Druk op <Tab> of &Pijl-rechts> om naar de volgende knop op de weergavebalk te gaan. Als u bij de laatste knop op de werkbalk opnieuw op <Tab> drukt, gaat u terug naar de eerste knop.

• Druk op <Shift> + <Tab> of &Pijl-links> om naar de vorige knop op de weergavebalk te gaan. Als u bij de eerste knop op de werkbalk opnieuw op <Shift> + <Tab> drukt, gaat u naar de laatste knop.

Sneltoetsen in het menu Bestand:

• <Alt> + <I>  - Info

• <Alt> + <N> - Nieuw

• <Alt> + <O> - Openen

• <Alt> + <S> - Opslaan

• <Alt> + <A> - Opslaan als

• <Alt> + <P> - Afdrukken

• <Alt> + <E> - Exporteren

• <Alt> + <H> - Delen

• <Alt> + <C> - Sluiten

• <Alt> + <T> - Opties

Als u in het menu Bestand naar andere functies wilt gaan, drukt u op <Esc> en vervolgens <Alt>.

U kunt ook met de pijltoetsen door het lint navigeren.

Toetsenbordgids, ingedeeld op functiegebied

U kunt in het programma de volgende toetscombinaties en sneltoetsen gebruiken:

Toetscombinaties voor het programma:

• <Ctrl> + <Q> - sluit het programma af

• <Alt> + <F4> - sluit het programma af

Snelkoppelingen van de gebruikersinterface:

• <Ctrl> + <F1> - verbergt het lintgebied of geeft dit weer

• <F9> - verbergt zowel de balk met tabs als het lintgebied of geeft deze weer

Toetscombinaties voor documenten:

• <Ctrl> + <N> - maakt in de modus Geavanceerde bewerking een nieuw, leeg document

• <Ctrl> + <Tab> - gaat naar het volgende geopende document in de weergave met tabbladen

• <Ctrl> + <Shift> + <Tab> - gaat naar het vorige geopende document in de weergave met tabbladen

• <Ctrl> + <O> - opent het dialoogvenster Openen

• <Ctrl> + <S> - slaat het document op

• <Ctrl> + <Shift> + <S> - slaat het document op als

• <Ctrl> + <F4> - sluit het document

• <Ctrl> + <W> - sluit het document

• <Ctrl> + <P> - drukt het document af

• <Ctrl> + <D> - opent de documenteigenschappen

• <Ctrl> + <K> - opent het venster met voorkeuren

• <Ctrl> + <F> - opent het zoekvenster voor het document

• <Ctrl> + <Shift> + <F> - opent het dialoogvenster Zoeken in meerdere documenten

Toetscombinaties voor bewerkingen:

• <Ctrl> + <Y> - voert de laatste bewerking die opnieuw kan worden uitgevoerd, opnieuw uit

• <Ctrl> + <X> - knipt het geselecteerde item uit het document en plaatst het op het Klembord

• <Ctrl> + <C> - kopieert het geselecteerde item en plaatst het op het Klembord

• <Ctrl> + <V> - plakt het item vanaf het Klembord

• <Ctrl> + <Z> - maakt de laatste bewerking ongedaan (in de modus Geavanceerde bewerking), verwijdert bladwijzers (in de revisiemodus)

• <Ctrl> + <A> - met Handje of functie Selecteren: selecteert alle tekst in het document (of de huidige pagina als de weergave Eén pagina is ingesteld)*.

• <Ctrl> + <Shift> + <A> - heft de selectie van alle tekst of objecten in het document op. Dit werkt niet in annotatieobjecten en in opmerkingen.

* Als de functie Object bewerken actief is, worden alle objecten op de huidige pagina geselecteerd.

Toetscombinaties voor in-/uitzoomen:

• <Ctrl> + <M> - opent het venster In-/uitzoomen

• <Ctrl> + <1> - zoomt in/uit tot ware grootte

• <Ctrl> + <2> - zoomt in/uit tot paginabreedte

• <Ctrl> + <3> - past de weergave aan de inhoud aan

• <Ctrl> + <4> - zoomt in/uit tot paginahoogte

• <Ctrl> + <0> - zoomt in/uit tot paginagrootte

• <Ctrl> + <-> - zoomt uit

• <Ctrl> + <+> - zoomt in

• <Ctrl> + <L> - schakelt tussen volledig scherm en vorige zoomfactor

Toetscombinaties voor Aanpassen aan pagina:

• <Ctrl> + <0> - past weergave aan pagina aan

• <Ctrl> + <1> - geeft ware grootte weer

• <Ctrl> + <2> - past weergave aan breedte aan

• <Ctrl> + <3> - past weergave aan inhoud aan

• <Ctrl> + <4> - past weergave aan hoogte aan

Toetscombinaties voor pagina's:

• <Ctrl> + <Page Up> - naar begin van vorige pagina

• <Ctrl> + <Page Down> - naar begin van volgende pagina

• <Alt> + <Pijl-links> - naar vorige weergave

• <Alt> + <Pijl-rechts> - naar volgende weergave

• <Ctrl> + <Shift> + <K> - geeft geopende documenten onder elkaar weer

• <Ctrl> + <Shift> + <L> - geeft geopende documenten naast elkaar weer

• <Ctrl> + <U> - geeft rasterlijnen weer of verbergt deze

• <Ctrl> + <Shift> + <U> - schakelt het uitlijnen van objecten op raster in of uit

• <Ctrl> + <R> - schakelt de weergave van linialen in of uit

Toetscombinaties voor paginadialoogvensters:

• <Ctrl> + <Shift> + <I> - opent het dialoogvenster Pagina's invoegen

• <Ctrl> + <Shift> + <D> - opent het dialoogvenster Pagina's verwijderen

• <Ctrl> + <Shift> + <X> - opent het dialoogvenster Pagina's extraheren

• <Ctrl> + <Shift> + <R> - opent het dialoogvenster Pagina's draaien

• <Ctrl> + <Shift> + <P> - opent het dialoogvenster Pagina's vervangen

• <Ctrl> + <Shift> + <N> - opent het dialoogvenster Nieuwe pagina's

Toetscombinatie voor bladwijzers:

• <Ctrl> + <B> - maakt een bladwijzer

Toetscombinatie voor JavaScript:

• <Ctrl> + <J> - opent de JavaScript-console

Toetscombinaties voor voorlezen:

• <Ctrl> + <Shift> + <G> - leest tekstinhoud van de huidige pagina voor Er verschijnt een zwevende werkbalk met voorleesfuncties.

Toetscombinaties voor de zwevende werkbalk:

1. <Esc> - stoppen met lezen

2. <Ctrl> + <Shift> + <Spatiebalk> - onderbreekt / hervat het voorlezen

3. <Ctrl> + <Shift> + <Pijl-links> - leest de vorige alinea voor

4. <Ctrl> + <Shift> + <Pijl-rechts> - leest de volgende alinea voor

5. <Ctrl> + <Shift> + <Page Up - leest de vorige pagina voor

6. <Ctrl> + <Shift> + <Page Down - leest de volgende pagina voor

Toetsenbordgids, ingedeeld op toetsaanslagen

Raadpleeg voor de toetscombinaties voor Jaws het onderwerp PDF's voorlezen.