Het dialoogvenster Beveiligde aflevering biedt vier opties voor de beveiliging van bestanden die u wilt verspreiden. Ze staan in een logische volgorde, maar de volgorde waarin u de een tot vier opties kiest, bepaalt u zelf. Kies echter bij voorkeur eerst een envelop en onderteken het document als laatste stap, aangezien verdere wijzigingen de handtekening ongeldig maken. Als u een envelop kiest, zijn uw keuzes niet van toepassing op geopende documenten, maar op bestanden die u als bijlagen selecteert.
PDF-documenten verzenden met Beveiligde aflevering
Klik op de knop Beveiligde aflevering in de groep Beveiliging van het lint Beveiliging.
Het dialoogvenster Beveiligde aflevering bevat vier stappen:
Envelop selecteren
Klik hierop om het venster Envelop te openen. Dubbelklik op de gewenste envelop of klik met de rechtermuisknop en kies Toepassen om de envelop in het documentvenster weer te geven. Een envelop kan interactieve formuliervelden bevatten die u kunt invullen (u kunt ook tekst toevoegen met de functie Typemachine). Hierin kunt u een samenvatting geven van de bestanden die worden verzonden en/of uitleggen wat ermee moet gebeuren. In het venster kunt u ook bestaande enveloppen wijzigen of een nieuwe envelop makenvan één pagina van een PDF of beeldbestand en het beveiligingsniveau ervan instellen. Als u geen envelop kiest, hebben alle volgende stappen betrekking op het huidige document en niet op de envelop en de bijbehorende bijlagen.
Bijlagen toevoegen
Klik hierop om bijlagen toe te voegen via het dialoogvenster Openen. De geselecteerde bestanden verschijnen in het venster Bijlagen (zowel PDF- als niet-PDF-bestanden zijn toegestaan). Selecteer in één keer meerdere bestanden op één locatie of herhaal de actie om meer bestanden van andere locaties bij te voegen. U kunt ook een pakket-PDF bijvoegen met daarin een serie PDF-bestanden. PDF-bestanden kunnen zelf zijn beveiligd, maar bij andere bestanden, bijvoorbeeld tekst- of beeldbestanden, is dit niet mogelijk. U kunt deze beveiligen door wachtwoordbeveiliging toe te passen op de envelop.
Bestanden coderen
Klik hierop om het venster Beveiliging te openen. Sleep een beveiligingsschema naar de bijlagen of het envelopbestand om deze te coderen. Op elk moment voordat u het bestandspakket opslaat en sluit kunt u de beveiligingsinstellingen wijzigen. U kunt ook Privacy kiezen om een wachtwoord voor openen in te stellen of Geen wijziging om een machtigingswachtwoord in te stellen en de acties op te geven die zijn toegestaan of verboden. Zie Beveiligingseigenschappen voor meer informatie. Kies bij Certificaatbeveiliging de optie Interactief om beveiliging via digitale ID in te stellen via de wizard Instellingen certificaatbeveiliging. Zowel bij wachtwoorden als bij certificaten wordt codering toegepast. Via het venster Beveiliging kunt u ook een nieuw beveiligingsschema maken.
Document ondertekenen
Klik hierop om het venster Ondertekenen/certificeren te openen. Kies een geschikt handtekeningschema voor ondertekening van het envelopbestand. Een envelopsjabloon bevat meestal een veld voor een digitale handtekening. Als dat niet het geval is, kunt u de envelop ook interactief ondertekenen via het lint Beveiliging. Kies Ondertekenen of Certificeren om uw standaardhandtekening te gebruiken. Als u Certificeren kiest, kunt u ook opgeven welke acties zijn toegestaan voor het document. Zie Documenten ondertekenen en certificeren.
Opmerking
Aangezien wijzigingen een handtekening ongeldig kunnen maken, moet u alleen ondertekenen als u alle wijzigingen heeft aangebracht.
Klik op Verzenden als u de documenten heeft verzameld. Het standaard e-mailprogramma wordt geopend met een nieuw bericht. Hierin is de verzameling bestanden opgenomen, beveiligd door de envelop. Het berichtveld bevat informatie voor de ontvangers over toegang tot de beveiligde bijlagen. Vul in het berichtvenster de benodigde informatie in, zoals ontvangers, onderwerp, tekst, enzovoort, en verzend het bericht.
Voordat u documenten verzendt, kunt u ook: documentelementen verwijderen, het document opslaan onder een andere naam om vorige revisies te verwijderen en (alleen in Power PDF Advanced) tekst onleesbaar maken via zwartmaking. Voer deze stappen uit voordat u Beveiligde aflevering gebruikt.